We halen opgelucht adem. De beer is vertrokken. We kijken naar de foto's en video die we hebben genomen en genieten nog na van het avontuur dat we net hebben beleefd. Scotty, de zeventigjarige Schot die in een camper op het terrein woont, komt aanlopen met een geweer losjes op de schouder. In zijn onvervalste Glasgow-accent vertelt hij ons dat hij de volgende keer de beer recht tussen de oren schiet. Ik glimlach en probeer ondertussen mijn lichaam behendig uit de richting van de loop van zijn geweer te bewegen. Als hij dit merkt, zegt hij dat het geweer niet geladen is. Ik glimlach weer, maar nu van schaamte.
Even later stappen we in de auto om onze verse broden bij enkele mensen langs te brengen. Als we de oprijlaan afrijden, zien we halverwege plotsklaps onze beer. Ik toeter en de beer kijkt achterom met een blik van 'Wat doen jullie op mijn oprijlaan?' Ik toeter nog maar een keer en langzaam verdwijnt onze donkerharige vriend in de bosjes. Wij rijden door.
Na drie kwartier komen we weer thuis. De zon gaat langzaam onder als we weer naar binnen lopen. Als we de keuken ingaan, zien we pas wat er gebeurd is. Een van de horren uit de eetkamer ligt op de grond, met alle spullen die op de vensterbank stonden. Er kan maar een oorzaak zijn; de beer heeft geprobeerd naar binnen te komen. Terwijl mijn neef en Scotty de schade opnemen, loop ik ondertussen verder door het huis. In een van de kamers achter is ook de hor uit het raam. Als ik het opraap, zie ik de vijf gaten waar de beer zijn klauw heeft gezet. Ook op de vensterbank zijn de sporen van de berenklauw te zien. Ik roep de anderen erbij en we kijken samen naar wat er gebeurd moet zijn. Dan lopen we naar buiten om te kijken. Ik blijk amper bij de vensterbank te kunnen. De beer moet dus meer dan 2 meter zijn.
Het is ondertussen donker. Ik rook mijn sigaretten nu boven op het balkon van het huis, want echt naar buiten durf ik niet meer. Mijn neef heeft ondertussen de 'berenpolitie' gebeld. Zij zullen morgen langskomen met een berenval. Enigszins gerustgesteld gaan we de avond en de nacht in.
De volgende dag komt 's middags de wagen met op de aanhangwagen de berenval. De twee 'berenvangers' kijken naar de beelden op de video en knikken dat het een 'grote jongen' is. Ze stellen de val op in de hoek van de tuin. En vertrekken vervolgens om nog een berenval te zetten in de omgeving van Cold Lake, want er zijn veel meldingen van beren.
Om twaalf uur 's nacht klapt de val dicht. We proberen naar buiten te kijken, maar het licht van onze zaklamp is te zwak. Wel horen we het krassen van een beest in de grote ronde ton. Er zit dus iets in de val. Hopelijk is het onze beer.
De volgende ochtend komen de 'berenvangers' weer langs. Ze proberen te kijken of het 'onze' beer is, maar kunnen dat niet goed zien. De val wordt weer achter de wagen gehangen en ze rijden weg.
Een paar dagen later hoor ik dat het inderdaad de 'goede' beer was en dat hij kilometers ver weg weer is vrijgelaten. Ondertussen is er weer een nieuwe beer gesignaleerd in de tuin.
maandag 29 augustus 2011
dinsdag 23 augustus 2011
Beren op de weg (1/2)
Iedereen weet dat Canada het land van de beren is. Zwarte beren, bruine beren en - als je mazzel hebt - Grizzlie beren. Nou moet ik meteen vertellen dat ik tot nu toe geen mazzal heb gehad. In alle tijd die ik in Canada heb doorgebracht - en dat is bijna anderhalf jaar van mijn leven - heb ik deze 'grote jongens' nog nooit gezien. Maar wel de andere twee soorten.
Voor degenen die het nog niet wisten, maar de afgelopen vier weken was ik weer in Canada. Overigens ook deels in de Verenigde Staten. Begonnen in Calgary, zakte ik eerst af naar Yellowstone park. Nog maar tien minuten in het park zag ik een grote verkeersopstopping. Er was blijkbaar iets te zien. Een hulpvaardige ranger zei dat er een beer in het bos was. Vlug parkeerde ik de auto en gewapend met twee camera's (foto en video) snelde ik naar de andere kijkers. Maar hoe ik ook keek, de beer was niet te zien. Nou ja, een heel klein stukje beer was door de bomen wel te ontwaren. Geplichtsgetrouw nam ik mijn opnames. Het kan immers de laatste beer zijn deze vakantie.
Na anderhalve week passeer ik weer de grens met Canada. Vijftig meter verder zie ik voor me twee auto's staan. En ja hoor, een beer loopt rustig de weg over om in de berm naar bessen en vruchten te zoeken. Gelukkig liggen de camera's paraat naast me op de passagiersstoel en kan ik deze bruine beer voor de lens krijgen.
(wordt vervolgd)
Voor degenen die het nog niet wisten, maar de afgelopen vier weken was ik weer in Canada. Overigens ook deels in de Verenigde Staten. Begonnen in Calgary, zakte ik eerst af naar Yellowstone park. Nog maar tien minuten in het park zag ik een grote verkeersopstopping. Er was blijkbaar iets te zien. Een hulpvaardige ranger zei dat er een beer in het bos was. Vlug parkeerde ik de auto en gewapend met twee camera's (foto en video) snelde ik naar de andere kijkers. Maar hoe ik ook keek, de beer was niet te zien. Nou ja, een heel klein stukje beer was door de bomen wel te ontwaren. Geplichtsgetrouw nam ik mijn opnames. Het kan immers de laatste beer zijn deze vakantie.
Na anderhalve week passeer ik weer de grens met Canada. Vijftig meter verder zie ik voor me twee auto's staan. En ja hoor, een beer loopt rustig de weg over om in de berm naar bessen en vruchten te zoeken. Gelukkig liggen de camera's paraat naast me op de passagiersstoel en kan ik deze bruine beer voor de lens krijgen.
Een dag later in Waterton Lakes park is weer raak. Nog een bruine beer, maar wel wat ver weg.
In de derde week bezoek ik mijn familie in het noorden van Alberta. Mijn neef woont in een prachtig huis van boomstammen, diep in het bos. Elke avond maken we een wandeling van een kilometer langs zijn oprijlaan die behoorlijk steil afloopt. En op de terugweg dus een hele klim is. We zien jonge hertjes in de tuin en ik zie zelfs een vos. Zo nu en dan vliegt een kolibri langs die het kleurige bloemenpatroon van de tuinstoelen te checken. Het is hier prachtig toeven.
We hebben brood gebakken in de keuken (ooit was ik samen met mijn neef bakker in de bakkerij van mijn oom). Daarna willen we aan het avondeten beginnen. 'Zullen we buiten eten?', vraagt mijn neef. 'Nee, het is veel de winderig', antwoord ik. Ik pak ondertussen spullen uit de ijskast als mijn neef roept: 'A bear, a bear, a bear!' Ik roep terug: 'Where, where, where?' En dan zie ik hem. Een grote zwarte beer loopt langs de rand van de tuin. Ik snel naar mijn fotocamera en vraag mijn neef de videocamera te pakken. De beer loopt langs de oprijlaan, maar steekt dan over richting het huis.
Hij komt steeds dichterbij. Sterker hij staat vlak voor ons en steekt zijn neus in de lucht om te ruiken. Als we geluid maken, schrikt hij even terug en loopt vervolgens achter het huis om. Ik probeer hem te volgen van kamer naar kamer. Bij de voordeur zien we hem weer. Hij klimt zowaar op de veranda. Mijn neef probeert hem met geluid te verjagen en de beer deinst langzaam terug. Hij loopt langs mijn huurauto naar de schuur en vervolgens via de camper naar de achterkant van het huis, waarna hij uit het zicht verdwijnt.
(wordt vervolgd)
Abonneren op:
Posts (Atom)