Het is weer Pinksteren geweest en aangezien ik vroeger op de School met de Bijbel zat - een bijbel die je overigens pas kreeg nadat je eraf ging - weet ik dat je dan de heilige geest krijgt. Ja, ik heb ook geleerd dat 'heilige' en 'geest' eigenlijk met hoofdletters geschreven worden, maar in dit verband schrijf ik het toch even zonder kapitalen. Want dit weekeinde kregen we met tien mannen weer de heilige geest. Acht mannen gingen fietsen en twee gingen er golfen. En ja, het was weer inspannend, tenminste het golfen. Onze vertrouwde golfbaan bleek niet meer onze vertrouwde golfbaan. De eigenaar, die ons de eerste keer verraste bij aankomst met een glas whiskey, bleek overleden. Zijn weduwe probeerde nu de baan zo goed en zo kwaad mogelijk te exploiteren. De drank was in ieder geval afgeschaft. Zonder plattegrond gingen we op pad. We kenden immers de baan na drie keer spelen. En het ging niet eens zo slecht. Natuurlijk, de grond was kurkdroog, waardoor je bal veel verder stuiterde dan gepland. En vanzelfsprekend was het gras te lang, waardoor de bal veel minder ver ging dan gepland. Maar de allesverslindende struikgewassen bestonden nog. De tweede hole ging niet verkeerd, maar vervolgens bleek hole drie niet te bestaan. Althans niet voor ons. Wel zagen we hole vijftien, een hole die vroeger niet eens bestond! Dan maar deze hole spelen. Hole vier was gelukkig wel weer op de vertrouwde plek en bleek wederom mijn beste hole. Daarna was de vijfde hole weer onvindbaar, maar konden we wel hole dertien spelen. Kortom, het bleek meer een hindernisbaan dan een golfbaan. En de zon was ongenadig en de heuvel leek wel steiler dan de vorige keren. Dus na zes holes hadden we onze lol wel gehad.
In Orval genoten we van de lunch en vervolgens reden we naar Boullion, waar het kasteel van de bekende Godfried staat. Deze koene ridder vreesde niet alleen God, maar ook zijn vijanden, want het kasteel heeft veel hindernissen om binnen te komen. Wij betaalden keurig de cassière, maar die schijnt er pas recent te zitten.
Het kasteel is prachtig, zoals je altijd vindt dat een kasteel hoort te zijn. Met donkere gangen, prachtige zalen en mooie uitzichttorens. Midden op het kasteelplein is een valkenier bezig zijn kunsten te vertonen. Laat ik het scherper schrijven; de valken gunnen de valkenier hun applaus.
Terug in het hotel pak ik mijn gitaar en speel een aantal minder bekende Dylan-liederen. De anderen praten er lekker doorheen. Alleen bij één nummer valt het stil. 'Als de regens om je oren slaan en heel de wereld zit achter je aan. Kom dan bij mij in de luwte staan, tot jij mijn liefde voelt'. Bij dit nummer wordt echt geluisterd. Het raakt mij, maar ook alle anderen.
Ach, als je de hele dag hebt gefietst of hebt gegolfd, en je weer terug bent onder elkaar, geldt blijkbaar maar één ding; saamhorigheid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten