zondag 21 maart 2010

Zuid Afrika 1996 (16)

Kameraden in de strijd

De bazen zijn op bezoek. Politietanks met zwaailichten staan op strategische plekken in de township. Het bezoek is pas een dag van tevoren bekend gemaakt. Toch zijn de veiligheidsmaatregelen indrukwekkend. Rond het graf van Oliver Tambo staan de mensen al klaar met Zuidafrikaanse vlaggetjes. Het koor is al aan het zingen. Dan komt een grote stoet auto’s het kerkhof oprijden. De menigte joelt. Uit de statige Mercedes stappen Tokyo Sexwale (spreek uit als Segwale), de premier van de provincie Gauteng, en Sam Nujoma, president van Namibië. Ook Walter Sisulu is aanwezig. De volksliederen worden gezongen. Weer krijg ik kippevel van het volkslied van Zuid-Afrika. Dan legt de president een krans op het graf en houdt een korte toespraak. Een bescheiden applaus volgt. Vervolgens komt Tokyo op het podium, heft zijn vuist in de lucht en roept “Amandla”. Het publiek reageert onmiddellijk op deze ANC-strijdkreet en antwoordt met “Ngawethu”. De mensen naast me, ouderen, moeders met kinderen op de rug gebonden en werkers, waren eerst rustig en timide, maar stralen nu een felheid uit die me beangstigt. De premier benadrukt de kameraadschap tussen “comrade” Sam en “comrade” Oliver Tambo. Een kameraadschap die zich uitstrekt tussen de presidenten van beide landen en tussen de volkeren van beide landen. Zijn toespraak wordt nogmaals besloten met de kreet “Amandla”.
Aan het slot van de plechtigheid houdt een priester een kort gebed. De mensen naast me nemen hun hoofddeksels af en buigen devoot het hoofd. Na het gebed snellen de hoogwaardigheidsbekleders in de auto’s richting het stadhuis van Benoni waar een kopje thee zal worden genuttigd. Het kopje thee lijkt wel een ritueel in dit land. Als er bezoek uit het buitenland komt, drinkt president Mandela steevast een kopje thee met ze.
Vincent zegt dat hij ook naar Benoni gaat en vraagt of ik meega. In mijn auto spoeden we ons naar het stadhuis. We zijn niet de enige gasten. Velen zijn uit Wattville met taxi’s gekomen en doen zich nu tegoed aan de thee, sterke drank (dus dat bedoelen ze) en smakelijke hapjes. Ondertussen biedt de burgemeester kameraad Sam Nujoma een presentje van de stad aan. De president op zijn beurt geeft een boek over Namibië. Ik loop wat rond en wordt door Vincent aan een aantal mensen voorgesteld. Het verbaast me dat ik hier zonder enig probleem rondloop. Geen controle bij de ingang en een zeer gemoedelijke sfeer binnen. Natuurlijk lopen er rond de president en de premier een indrukwekkende hoeveelheid bodyguards, maar verder..... Zijn we dan toch allemaal kameraden in de strijd voor een beter Zuidelijk Afrika.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten